Leegwaarderatio woningen aangepast
Voor zowel de inkomstenbelasting als de schenk- en erfbelasting wordt de waarde van verhuurde woningen met huurbescherming bepaald door de WOZ-waarde te vermenigvuldigen met de leegwaarderatio. Het percentage van de leegwaarderatio hangt af van de verhouding van de jaarlijkse huurprijs tot de WOZ-waarde van de woning, ofwel het directe rendement. In het Belastingplan 2023 wordt voorgesteld om verhuurde woningen waarbij sprake is van tijdelijke huurcontracten uit te sluiten van de toepassing van die zogenoemde leegwaarderatio. Voor het begrip ‘tijdelijke huurcontracten’ wordt aangesloten bij het Burgerlijk Wetboek. Voor een woning (eengezinswoning, appartement) is die termijn niet langer dan 2 jaar, voor een kamer niet langer dan 5 jaar.
Daarnaast wordt bij verhuur aan gelieerde partijen uitgegaan van het hoogste percentage in de tabel van de leegwaarderatio. Dat percentage zal vanaf 1 januari 2023 100% bedragen. Voor verhuursituaties in gelieerde verhoudingen betekent dit dat de leegwaarderatio voor dit onderdeel de facto wordt afgeschaft. In vrijwel alle gevallen van niet-marktconforme huur is sprake van een door de verhuurder doelbewust gekozen situatie. De verhuurder geeft er zelf de voorkeur aan om de woning te verhuren aan bijvoorbeeld diens zoon of dochter. Daarom vindt de regering een afslag op de WOZ-waarde niet logisch en passend in deze situatie.
Commentaar van Heyen:
Het is opvallend dat de afschaffing van de leegwaarderatio voor verhuursituaties in gelieerde verhoudingen ook geldt als een zakelijke huur is overeengekomen. Daarnaast is onduidelijk hoe het begrip ‘gelieerd’ in dit verband moet worden uitgelegd. Naar verwachting zal dit tot de nodige discussies met de Belastingdienst leiden.